Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. uit de hand lopen:


Niederländisch

Detailübersetzungen für uit de hand lopen (Niederländisch) ins Schwedisch

uit de hand lopen:

uit de hand lopen Verb

  1. uit de hand lopen (escaleren)
    eskalera; trappa upp; öka
    • eskalera Verb (eskalerar, eskalerade, eskalerat)
    • trappa upp Verb (trappar upp, trappade upp, trappat upp)
    • öka Verb (ökar, ökade, ökat)

Übersetzung Matrix für uit de hand lopen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
eskalera escaleren; uit de hand lopen
trappa upp escaleren; uit de hand lopen
öka escaleren; uit de hand lopen aangroeien; aanwassen; aanwinnen; aanzwellen; bijdoen; bijsluiten; bijvoegen; de hoogte ingaan; erbij voegen; gaan staan; gedijen; groeien; groter worden; omdoen; omhooggaan; omhoogkomen; opstaan; opzetten; stijgen; toenemen; toevoegen; verheffen; vermeerderen; volgroeien; volwassen worden; zich vermeerderen

Verwandte Übersetzungen für uit de hand lopen