Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. stempel zetten:


Niederländisch

Detailübersetzungen für stempel zetten (Niederländisch) ins Schwedisch

stempel zetten:

stempel zetten Verb

  1. stempel zetten (stempelen)
    stämpla
    • stämpla Verb (stämplar, stämplade, stämplat)

Übersetzung Matrix für stempel zetten:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
stämpla stempel zetten; stempelen afstempelen; beplakken; intrigeren; keurmerken; konkelen; kuipen; slecht voorstellen; stempel drukken op; stempel opdrukken; stempelen; steun trekken; uitkering krijgen; verketteren

Computerübersetzung von Drittern:

Verwandte Übersetzungen für stempel zetten