Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. lollig:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für lollig (Niederländisch) ins Schwedisch

lollig:

lollig Adjektiv

  1. lollig (grappig; koddig; leuk; )
    söt; sött; gulligt

Übersetzung Matrix für lollig:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
gulligt geestig; geinig; grappig; koddig; komiek; komisch; lachwekkend; leuk; lollig allerliefst; dottig; enig; lief; schattig; snoezig; vertederend
söt geestig; geinig; grappig; koddig; komiek; komisch; lachwekkend; leuk; lollig bevallig; knap; mooi; schoon; suikerachtig; suikerig; welgemaakt; zoet; zoetsmakend
sött geestig; geinig; grappig; koddig; komiek; komisch; lachwekkend; leuk; lollig bevallig; elegant; gracieus; knap; lieflijk; mooi; schoon; sierlijk; suikerachtig; suikerig; welgemaakt; zoet; zoetig; zoetsmakend

Verwandte Wörter für "lollig":

  • lolliger, lolligere, lolligst, lolligste, lollige

Wiktionary Übersetzungen für lollig:


Cross Translation:
FromToVia
lollig rolig; kul; skojig; gamman; lustig; skoj fun — enjoyable, amusing

Computerübersetzung von Drittern: