Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. leiband:


Niederländisch

Detailübersetzungen für leiband (Niederländisch) ins Schwedisch

leiband:

leiband [de ~ (m)] Nomen

  1. de leiband (halsband)
    halsband; hundhalsband; koppel

Übersetzung Matrix für leiband:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
halsband halsband; leiband collier; halsketting; halssieraad; halssnoer; keten; ketting; kettinkje
hundhalsband halsband; leiband
koppel halsband; leiband koppelriem

Verwandte Wörter für "leiband":

  • leibanden

Verwandte Definitionen für "leiband":

  1. precies doen wat iemand anders zegt1
    • aan de leiband lopen1