Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. ledig:
  2. ledigen:
  3. Wiktionary:
    • ledig → tom


Niederländisch

Detailübersetzungen für ledig (Niederländisch) ins Schwedisch

ledig:

ledig Adjektiv

  1. ledig (leeg; onbezet)
    tomt; tom

Übersetzung Matrix für ledig:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
tom ledig; leeg; onbezet ijdel; leeg; loos; luchtledig; ongevuld; vacuum; zonder inhoud
tomt ledig; leeg; onbezet blanco; hol; ijdel; inhoudsloos; leeg; loos; luchtledig; nietszeggend; onbeschreven; ongevuld; oningevuld; vacuum; zonder inhoud

Verwandte Wörter für "ledig":


Wiktionary Übersetzungen für ledig:


Cross Translation:
FromToVia
ledig tom vide — Qui ne contenir rien ; qui est totalement dépourvoir de.

ledigen:

ledigen Verb (ledig, ledigt, ledigde, ledigden, geledigd)

  1. ledigen (leegdrinken; leegmaken; opdrinken; uitdrinken)
    dricka; dricka upp
    • dricka Verb (dricker, drack, druckit)
    • dricka upp Verb (dricker upp, drack upp, druckit upp)
  2. ledigen (leeggieten; uitgieten; leegmaken)
    tömma; hälla ut
    • tömma Verb (tömmer, tömmde, tömmt)
    • hälla ut Verb (häller ut, hällde ut, hällt ut)
  3. ledigen (leeghalen; uithalen; leegmaken)
    tömma; rensa ut
    • tömma Verb (tömmer, tömmde, tömmt)
    • rensa ut Verb (rensar ut, rensade ut, rensat ut)
  4. ledigen (legen; leegmaken; leeghalen)
    tömma
    • tömma Verb (tömmer, tömmde, tömmt)

Konjugationen für ledigen:

o.t.t.
  1. ledig
  2. ledigt
  3. ledigt
  4. ledigen
  5. ledigen
  6. ledigen
o.v.t.
  1. ledigde
  2. ledigde
  3. ledigde
  4. ledigden
  5. ledigden
  6. ledigden
v.t.t.
  1. heb geledigd
  2. hebt geledigd
  3. heeft geledigd
  4. hebben geledigd
  5. hebben geledigd
  6. hebben geledigd
v.v.t.
  1. had geledigd
  2. had geledigd
  3. had geledigd
  4. hadden geledigd
  5. hadden geledigd
  6. hadden geledigd
o.t.t.t.
  1. zal ledigen
  2. zult ledigen
  3. zal ledigen
  4. zullen ledigen
  5. zullen ledigen
  6. zullen ledigen
o.v.t.t.
  1. zou ledigen
  2. zou ledigen
  3. zou ledigen
  4. zouden ledigen
  5. zouden ledigen
  6. zouden ledigen
en verder
  1. is geledigd
  2. zijn geledigd
diversen
  1. ledig!
  2. ledigt!
  3. geledigd
  4. ledigend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für ledigen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
dricka ledigen; leegdrinken; leegmaken; opdrinken; uitdrinken alcohol gebruiken; borrel pakken; borrelen; drinken; een borrel drinken; neut nemen; zich laven; zich verkwikken; zijn dorst stillen
dricka upp ledigen; leegdrinken; leegmaken; opdrinken; uitdrinken
hälla ut ledigen; leeggieten; leegmaken; uitgieten uitschenken
rensa ut ledigen; leeghalen; leegmaken; uithalen uitplunderen; uitschudden
tömma ledigen; leeggieten; leeghalen; leegmaken; legen; uitgieten; uithalen afscheiden; afvoeren; leeghalen; leegpompen; leegstorten; lozen; plunderen; uitknijpen; uitnemen; uitpersen; uitplunderen; uitpompen; uitscheiden; uitschudden; uitstoten; uitwerpen; uitzuigen

Verwandte Übersetzungen für ledig