Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. kadastreren:


Niederländisch

Detailübersetzungen für kadastreren (Niederländisch) ins Schwedisch

kadastreren:

kadastreren Verb (kadastreer, kadastreert, kadastreerde, kadastreerden, gekadastreerd)

  1. kadastreren (inschrijven)
    registrera; kartlägga
    • registrera Verb (registrerar, registrerade, registrerat)
    • kartlägga Verb (kartlägger, kartlade, kartlagt)

Konjugationen für kadastreren:

o.t.t.
  1. kadastreer
  2. kadastreert
  3. kadastreert
  4. kadastreren
  5. kadastreren
  6. kadastreren
o.v.t.
  1. kadastreerde
  2. kadastreerde
  3. kadastreerde
  4. kadastreerden
  5. kadastreerden
  6. kadastreerden
v.t.t.
  1. heb gekadastreerd
  2. hebt gekadastreerd
  3. heeft gekadastreerd
  4. hebben gekadastreerd
  5. hebben gekadastreerd
  6. hebben gekadastreerd
v.v.t.
  1. had gekadastreerd
  2. had gekadastreerd
  3. had gekadastreerd
  4. hadden gekadastreerd
  5. hadden gekadastreerd
  6. hadden gekadastreerd
o.t.t.t.
  1. zal kadastreren
  2. zult kadastreren
  3. zal kadastreren
  4. zullen kadastreren
  5. zullen kadastreren
  6. zullen kadastreren
o.v.t.t.
  1. zou kadastreren
  2. zou kadastreren
  3. zou kadastreren
  4. zouden kadastreren
  5. zouden kadastreren
  6. zouden kadastreren
en verder
  1. is gakadastreerd
diversen
  1. kadastreer!
  2. kadastreert!
  3. gekadastreerd
  4. kadastrerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für kadastreren:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
kartlägga inschrijven; kadastreren in kaart brengen; karteren
registrera inschrijven; kadastreren aanmelden; aanmonsteren; indexeren; inschrijven; opgeven; registreren; van indexnummers voorzien