Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Schwedisch ->übersetze geneugte

übersetze geneugte von Niederländische ins Schwedisch

Übersicht

Niederländisch nach Schwedisch: mehr Daten

geneugte:
- lycka; njutning; nöje; glädje; förtjusning

Niederländisch

Detailübersetzungen für geneugte (Niederländisch) ins Schwedisch

geneugte:

geneugte [de ~ (v)] Nomen

de geneugte (genot; genieten)
lycka; njutning; nöje; glädje; förtjusning
- lycka [-en] Nomen
- njutning [-en] Nomen
- nöje [-ett] Nomen
- glädje [-en] Nomen
- förtjusning [-en] Nomen

Übersetzung Matrix für geneugte:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
förtjusning	geneugte; genieten; genot	enthousiasme; uitbundigheid; uitgelatenheid
glädje	geneugte; genieten; genot	euforie; genoegen; genot; jool; leut; lust; plezier; pret; welbehagen
lycka	geneugte; genieten; genot	bof; buitenkansje; euforie; fortuintje; geluk; geluk hebbend; gelukkig toeval; gelukzaligheid; heerlijkheid; meevaller; opsteker; succes; verlossing; voordeel; voorspoedigheid; welbehagen; welslagen; welstand; welvaart; zaligheid
njutning	geneugte; genieten; genot	aardigheid; genoegen; plezier; schop; trap; voetbeweging
nöje	geneugte; genieten; genot	aardigheid; entertainment; gein; genoegen; genot; grap; grapjes; jolijt; jool; keet; leut; lol; lolletjes; lust; plezier; pret; pretmakerij; schertsen; schop; tijdverdrijf; trap; uiting van vrolijkheid; voetbeweging
Other	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
glädje		blijdschap

Verwandte Wörter für "geneugte":

geneugten, geneugtes