Übersicht
Niederländisch Synonyms:   mehr Daten
  1. verketteren:


Niederländisch

Detailed Synonyms for verketteren in Niederländisch

verketteren:

verketteren Verb (verketter, verkettert, verketterde, verketterden, verketterd)

  1. verketteren
    verketteren
    • verketteren Verb (verketter, verkettert, verketterde, verketterden, verketterd)

Konjugationen für verketteren:

o.t.t.
  1. verketter
  2. verkettert
  3. verkettert
  4. verketteren
  5. verketteren
  6. verketteren
o.v.t.
  1. verketterde
  2. verketterde
  3. verketterde
  4. verketterden
  5. verketterden
  6. verketterden
v.t.t.
  1. heb verketterd
  2. hebt verketterd
  3. heeft verketterd
  4. hebben verketterd
  5. hebben verketterd
  6. hebben verketterd
v.v.t.
  1. had verketterd
  2. had verketterd
  3. had verketterd
  4. hadden verketterd
  5. hadden verketterd
  6. hadden verketterd
o.t.t.t.
  1. zal verketteren
  2. zult verketteren
  3. zal verketteren
  4. zullen verketteren
  5. zullen verketteren
  6. zullen verketteren
o.v.t.t.
  1. zou verketteren
  2. zou verketteren
  3. zou verketteren
  4. zouden verketteren
  5. zouden verketteren
  6. zouden verketteren
diversen
  1. verketter!
  2. verkettert!
  3. verketterd
  4. verketterend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze