Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Niederländisch ->übersetze tekorten

Synonyms for "tekorten" in Niederländisch

Übersicht

Niederländisch Synonyms: mehr Daten

tekorten:
- geldtekorten; tekorten
tekort:
- deficit; tekort; debet; bankschuld; tekortsaldo; gebrek; manco; schaarste; schaarsheid; krapte

Niederländisch

Detailed Synonyms for tekorten in Niederländisch

tekorten:

tekorten [de ~] Nomen, Plural

de tekorten
de geldtekorten; de tekorten
- geldtekorten [de ~] Nomen, Plural
- tekorten [de ~] Nomen, Plural

Verwandte Wörter für "tekorten":

tekort

tekort:

tekort [het ~] Nomen

het tekort
de deficit; het tekort
- deficit [de ~] Nomen
- tekort [het ~] Nomen
het tekort
de debet; de bankschuld; het tekort; tekortsaldo
- debet [de ~] Nomen
- bankschuld [de ~] Nomen
- tekort [het ~] Nomen
- tekortsaldo [znw.] Nomen
het tekort
het gebrek; het tekort; het manco
- gebrek [het ~] Nomen
- tekort [het ~] Nomen
- manco [het ~] Nomen
het tekort
de schaarste; het gebrek; de schaarsheid; het tekort; de krapte
- schaarste [de ~ (v)] Nomen
- gebrek [het ~] Nomen
- schaarsheid [de ~ (v)] Nomen
- tekort [het ~] Nomen
- krapte [de ~ (v)] Nomen
het tekort
het tekort
- tekort [het ~] Nomen

Verwandte Wörter für "tekort":

tekorten