Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Niederländisch ->übersetze schuw

Synonyms for "schuw" in Niederländisch

Übersicht

Niederländisch Synonyms: mehr Daten

schuw:
- schuw; kopschuw
schuwen:
- vermijden; ontwijken; vermijding; ontlopen; schuwen; verhoeden; mijden

Niederländisch

Detailed Synonyms for schuw in Niederländisch

schuw:

schuw Adjektiv

schuw
schuw; kopschuw
- schuw Adjektiv
- kopschuw Adjektiv

Verwandte Wörter für "schuw":

schuwheid, schuwer, schuwere, schuwe

schuw form of schuwen:

schuwen [znw.] Nomen

schuwen
vermijden; ontwijken; de vermijding; ontlopen; schuwen; verhoeden; mijden
- vermijden [znw.] Nomen
- ontwijken [znw.] Nomen
- vermijding [de ~ (v)] Nomen
- ontlopen [znw.] Nomen
- schuwen [znw.] Nomen
- verhoeden [znw.] Nomen
- mijden [znw.] Nomen

Related Synonyms for schuw

schuw worden