Übersicht


Niederländisch

Detailed Synonyms for fixen in Niederländisch

fixen:

fixen Verb

  1. fixen
    voor elkaar krijgen; bewerkstelligen; klaarspelen; bedingen; fixen; lappen
    • bewerkstelligen Verb (bewerkstellig, bewerkstelligt, bewerkstelligde, bewerkstelligden, bewerkstelligd)
    • klaarspelen Verb (speel klaar, speelt klaar, speelde klaar, speelden klaar, klaargespeeld)
    • bedingen Verb (beding, bedingt, bedong, bedongen, bedongen)
    • fixen Verb
    • lappen Verb (lap, lapt, lapte, lapten, gelapt)