Übersicht
Niederländisch Synonyms:   mehr Daten
  1. dromen:
  2. drom:


Niederländisch

Detailed Synonyms for dromen in Niederländisch

dromen:

dromen Verb (droom, droomt, droomde, droomden, gedroomd)

  1. dromen
    dromen
    • dromen Verb (droom, droomt, droomde, droomden, gedroomd)

Konjugationen für dromen:

o.t.t.
  1. droom
  2. droomt
  3. droomt
  4. dromen
  5. dromen
  6. dromen
o.v.t.
  1. droomde
  2. droomde
  3. droomde
  4. droomden
  5. droomden
  6. droomden
v.t.t.
  1. heb gedroomd
  2. hebt gedroomd
  3. heeft gedroomd
  4. hebben gedroomd
  5. hebben gedroomd
  6. hebben gedroomd
v.v.t.
  1. had gedroomd
  2. had gedroomd
  3. had gedroomd
  4. hadden gedroomd
  5. hadden gedroomd
  6. hadden gedroomd
o.t.t.t.
  1. zal dromen
  2. zult dromen
  3. zal dromen
  4. zullen dromen
  5. zullen dromen
  6. zullen dromen
o.v.t.t.
  1. zou dromen
  2. zou dromen
  3. zou dromen
  4. zouden dromen
  5. zouden dromen
  6. zouden dromen
diversen
  1. droom!
  2. droomt!
  3. gedroomd
  4. dromend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Verwandte Wörter für "dromen":


dromen form of drom:

drom [de ~ (m)] Nomen

  1. de drom
    de kudde; de massa; de horde; de drom; de troep; de schaar; de schare
  2. de drom
    de menigte; de bende; de schare; de massa; de hoop; de horde; de drom
  3. de drom
    de menigte; de massa; de drom; de mensenmassa; de troep

Verwandte Wörter für "drom":


Related Synonyms for dromen