Niederländisch

Detailed Synonyms for domheid in Niederländisch

domheid:

domheid [de ~ (v)] Nomen

  1. de domheid
    de blunder; de domheid; de misgreep; de giller; de flater

Verwandte Wörter für "domheid":

  • domheden, dom

dom:

dom [de ~ (m)] Nomen

  1. de dom
    de dom; de kathedraal; de domkerk
  2. de dom
    – hoofdkerk van een bisdom 1
    de dom
    – hoofdkerk van een bisdom 1
    • dom [de ~ (m)] Nomen
      • de Dom van Utrecht1

dom Adjektiv

  1. dom
  2. dom
    dom; stom; onverstandig; suf
  3. dom
    – wie niet goed kan denken en weinig snapt 1
    dom; stom
    – wie niet goed kan denken en weinig snapt 1
    • dom Adjektiv
      • deze domme leerlingen vinden alles te moeilijk1
    • stom Adjektiv
      • dat was stom van mij!1

Verwandte Wörter für "dom":

  • domheid, domen, doms, domst, domste

Alternate Synonyms for "dom":


Antonyme für "dom":


Verwandte Definitionen für "dom":

  1. hoofdkerk van een bisdom1
    • de Dom van Utrecht1
  2. wie niet goed kan denken en weinig snapt1
    • deze domme leerlingen vinden alles te moeilijk1