Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. verdorven:
  2. verderven:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für verdorven (Niederländisch) ins Spanisch

verdorven:

verdorven Adjektiv

  1. verdorven (onzedelijk; verregaand zedenloos; liederlijk)
    perverso; depravado; vicioso; corrompido
  2. verdorven (verderfelijk; goddeloos; heilloos)
    vicioso; corrompido; nocivo; dañino; pernicioso; perverso; depravado; viciado; ruinoso

Übersetzung Matrix für verdorven:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
vicioso lelijkerd
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
corrompido goddeloos; heilloos; liederlijk; onzedelijk; verderfelijk; verdorven; verregaand zedenloos bedorven; rot; rottig; slecht; vergaan; verrot
dañino goddeloos; heilloos; verderfelijk; verdorven schadend; verpestend
depravado goddeloos; heilloos; liederlijk; onzedelijk; verderfelijk; verdorven; verregaand zedenloos amoreel; immoreel; onzedelijk; onzedig; zedeloos
nocivo goddeloos; heilloos; verderfelijk; verdorven duperend; nadelig; ongunstig; onvoordelig; schade berokkenend; schadelijk
pernicioso goddeloos; heilloos; verderfelijk; verdorven verpestend
perverso goddeloos; heilloos; liederlijk; onzedelijk; verderfelijk; verdorven; verregaand zedenloos bedorven; pervers; rot; rottig; slecht; vergaan; verrot
ruinoso goddeloos; heilloos; verderfelijk; verdorven bouwvallig; breekbaar; broos; fragiel; gammel; krakkemikkig; krakkemikkige; kwetsbaar; ruïneus; teer; verpestend; wankel; wrak; zwak
viciado goddeloos; heilloos; verderfelijk; verdorven muf; onfris
vicioso goddeloos; heilloos; liederlijk; onzedelijk; verderfelijk; verdorven; verregaand zedenloos bedorven; rot; rottig; slecht; vergaan; verrot; vicieus

Verwandte Wörter für "verdorven":


Wiktionary Übersetzungen für verdorven:


Cross Translation:
FromToVia
verdorven corrupto corrupt — in a depraved state

verderven:

verderven Verb (verderf, verderft, verdierf, verdierven, verdorven)

  1. verderven (corrumperen)
  2. verderven (degenereren; achteruitgaan; verworden)
  3. verderven (ontaarden; degenereren; achteruitgaan; verworden)

Konjugationen für verderven:

o.t.t.
  1. verderf
  2. verderft
  3. verderft
  4. verderven
  5. verderven
  6. verderven
o.v.t.
  1. verdierf
  2. verdierf
  3. verdierf
  4. verdierven
  5. verdierven
  6. verdierven
v.t.t.
  1. ben verdorven
  2. bent verdorven
  3. is verdorven
  4. zijn verdorven
  5. zijn verdorven
  6. zijn verdorven
v.v.t.
  1. was verdorven
  2. was verdorven
  3. was verdorven
  4. waren verdorven
  5. waren verdorven
  6. waren verdorven
o.t.t.t.
  1. zal verderven
  2. zult verderven
  3. zal verderven
  4. zullen verderven
  5. zullen verderven
  6. zullen verderven
o.v.t.t.
  1. zou verderven
  2. zou verderven
  3. zou verderven
  4. zouden verderven
  5. zouden verderven
  6. zouden verderven
en verder
  1. heb verdorven
  2. hebt verdorven
  3. heeft verdorven
  4. hebben verdorven
  5. hebben verdorven
  6. hebben verdorven
diversen
  1. verderf!
  2. verderft!
  3. verdorven
  4. verdervend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für verderven:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
arruinar achteruitgaan; corrumperen; degenereren; verderven; verworden iets bederven; te gronde richten; verkankeren; vernielen; verpesten; verwoesten
corromper corrumperen; verderven bederven; corrumperen; in de war sturen; nekken; omkopen; ruïneren; vertroetelen; verwennen; verzieken
degenerar achteruitgaan; degenereren; verderven; verworden afrotten; bederven; in de war sturen; nekken; ruïneren; verzieken
degenerarse achteruitgaan; degenereren; ontaarden; verderven; verworden bederven; in de war sturen; nekken; ruïneren; verzieken
echar a perder corrumperen; verderven bederven; in de war sturen; nekken; ruïneren; verbeuren; verprutsen; verzieken; wegsmijten
estropear corrumperen; verderven aantasten; aanvreten; bederven; beschadigen; fijnmaken; haspelen; iets vergallen; in de war sturen; ingooien; kapot maken; nekken; platdrukken; ruïneren; slechten; stukmaken; tot een warboel maken; uitwonen; verbrijzelen; verbroddelen; vergallen; vergruizen; verklungelen; verknallen; verknoeien; vermorzelen; verpesten; verpletteren; verprutsen; verwarren; verzieken
malograr achteruitgaan; degenereren; verderven; verworden afbreken; bederven; dwarsbomen; dwarsliggen; in de war sturen; nekken; ruineren; ruïneren; slopen; tegenwerken; vernielen; vernietigen; verprutsen; verwoesten; verzieken

Wiktionary Übersetzungen für verderven:


Cross Translation:
FromToVia
verderven maldecir bane — to be the bane of
verderven corromper corrupt — to change from good to bad
verderven bajar; inclinar abaisser — Mettre en position plus basse, faire descendre, diminuer la hauteur.