Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. omruil:
  2. omruilen:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für omruil (Niederländisch) ins Spanisch

omruil:


omruilen:

omruilen Verb (ruil om, ruilt om, ruilde om, ruilden om, omgeruild)

  1. omruilen (ruilen; wisselen; omwisselen; verwisselen)
  2. omruilen (inwisselen; ruilen; omwisselen; )

Konjugationen für omruilen:

o.t.t.
  1. ruil om
  2. ruilt om
  3. ruilt om
  4. ruilen om
  5. ruilen om
  6. ruilen om
o.v.t.
  1. ruilde om
  2. ruilde om
  3. ruilde om
  4. ruilden om
  5. ruilden om
  6. ruilden om
v.t.t.
  1. heb omgeruild
  2. hebt omgeruild
  3. heeft omgeruild
  4. hebben omgeruild
  5. hebben omgeruild
  6. hebben omgeruild
v.v.t.
  1. had omgeruild
  2. had omgeruild
  3. had omgeruild
  4. hadden omgeruild
  5. hadden omgeruild
  6. hadden omgeruild
o.t.t.t.
  1. zal omruilen
  2. zult omruilen
  3. zal omruilen
  4. zullen omruilen
  5. zullen omruilen
  6. zullen omruilen
o.v.t.t.
  1. zou omruilen
  2. zou omruilen
  3. zou omruilen
  4. zouden omruilen
  5. zouden omruilen
  6. zouden omruilen
en verder
  1. is omgeruild
diversen
  1. ruil om!
  2. ruilt om!
  3. omgeruild
  4. omruilend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für omruilen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
cambiar inwisselen; omruilen; omwisselen; ruilen; verruilen; verwisselen; wisselen Wisselen; aflossen; afwisselen; amenderen; converteren; fluctueren; hernieuwen; herstellen; herzien; iets omdraaien; inruilen; kenteren; modificeren; omkeren; omwerken; omwisselen; omzetten; omzwaaien; overstappen; remplaceren; renoveren; restaureren; ruilen; variëren; veranderen; verbeteren; vernieuwen; vervangen; verwisselen; wijzigen; wisselen
canjear inwisselen; omruilen; omwisselen; ruilen; verruilen; verwisselen; wisselen

Verwandte Wörter für "omruilen":


Wiktionary Übersetzungen für omruilen:


Cross Translation:
FromToVia
omruilen cambiar exchange — To replace with a similar item