Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. incasseerder:


Niederländisch

Detailübersetzungen für incasseerder (Niederländisch) ins Spanisch

incasseerder:

incasseerder [de ~ (m)] Nomen

  1. de incasseerder (inner)
    el cajero; el cobrador; el recaudador; el colector

Übersetzung Matrix für incasseerder:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
cajero incasseerder; inner kashouder; kassier; kistenmaker; penningmeester; schatmeester; thesaurier
cobrador incasseerder; inner kasloper
colector incasseerder; inner collectant; hamsteraar; inzamelaar van giften; voorraadaanlegger
recaudador incasseerder; inner hij die ontvangt; iemand aan wie iets gegeven wordt; ontvanger; recipiënt

Verwandte Wörter für "incasseerder":

  • incasseerders