Übersicht
Niederländisch nach Englisch:   mehr Daten
  1. uitvlakken:


Niederländisch

Detailübersetzungen für uitvlakken (Niederländisch) ins Englisch

uitvlakken:

uitvlakken Verb (vlak uit, vlakt uit, vlakte uit, vlakten uit, uitgevlakt)

  1. uitvlakken (wissen; uitwissen; wegvegen; )
    to erase; to wipe out; to delete; to eliminate; to wipe; to blot out; to rub out
    • erase Verb (erases, erased, erasing)
    • wipe out Verb (wipes out, wiped out, wiping out)
    • delete Verb (deletes, deleted, deleting)
    • eliminate Verb (eliminates, eliminated, eliminating)
    • wipe Verb (wipes, wiped, wiping)
    • blot out Verb (blots out, blotted out, blotting out)
    • rub out Verb (rubs out, rubbed out, rubbing out)

Konjugationen für uitvlakken:

o.t.t.
  1. vlak uit
  2. vlakt uit
  3. vlakt uit
  4. vlakken uit
  5. vlakken uit
  6. vlakken uit
o.v.t.
  1. vlakte uit
  2. vlakte uit
  3. vlakte uit
  4. vlakten uit
  5. vlakten uit
  6. vlakten uit
v.t.t.
  1. heb uitgevlakt
  2. hebt uitgevlakt
  3. heeft uitgevlakt
  4. hebben uitgevlakt
  5. hebben uitgevlakt
  6. hebben uitgevlakt
v.v.t.
  1. had uitgevlakt
  2. had uitgevlakt
  3. had uitgevlakt
  4. hadden uitgevlakt
  5. hadden uitgevlakt
  6. hadden uitgevlakt
o.t.t.t.
  1. zal uitvlakken
  2. zult uitvlakken
  3. zal uitvlakken
  4. zullen uitvlakken
  5. zullen uitvlakken
  6. zullen uitvlakken
o.v.t.t.
  1. zou uitvlakken
  2. zou uitvlakken
  3. zou uitvlakken
  4. zouden uitvlakken
  5. zouden uitvlakken
  6. zouden uitvlakken
en verder
  1. ben uitgevlakt
  2. bent uitgevlakt
  3. is uitgevlakt
  4. zijn uitgevlakt
  5. zijn uitgevlakt
  6. zijn uitgevlakt
diversen
  1. vlak uit!
  2. vlakt uit!
  3. uitgevlakt
  4. uitvlakkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für uitvlakken:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
eliminate elimineren; wegwerken
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
blot out uitgommen; uitvegen; uitvlakken; uitwissen; vlakken; wegvegen; wissen doorstrepen
delete uitgommen; uitvegen; uitvlakken; uitwissen; vlakken; wegvegen; wissen doorhalen; schrappen; verwijderen
eliminate uitgommen; uitvegen; uitvlakken; uitwissen; vlakken; wegvegen; wissen afbreken; afmaken; koudmaken; liquideren; ruineren; slopen; uit de weg ruimen; uitroeien; vernielen; vernietigen; verwoesten
erase uitgommen; uitvegen; uitvlakken; uitwissen; vlakken; wegvegen; wissen vagen
rub out uitgommen; uitvegen; uitvlakken; uitwissen; vlakken; wegvegen; wissen
wipe uitgommen; uitvegen; uitvlakken; uitwissen; vlakken; wegvegen; wissen zemen
wipe out uitgommen; uitvegen; uitvlakken; uitwissen; vlakken; wegvegen; wissen uitroeien; vagen; wegvagen

Computerübersetzung von Drittern: