Niederländisch

Detailübersetzungen für eentonigheid (Niederländisch) ins Deutsch

eentonigheid:


eentonig:

eentonig Adjektiv

  1. eentonig (saai; vervelend; suf; )
    langweilig; eintönig; fahl; schlafbringend; öde; fade; geisttötend; geistlos; einförmig
  2. eentonig (geestdodend; saai; suf; stom; afstompend)
    blöd; langweilig; doof; dumm; stumpfsinnig; geisttötend; geistlos
  3. eentonig (saai; slaapverwekkend; monotoon)
    langweilig; eintönig; öde; fade; dösig; abgeschmackt

Übersetzung Matrix für eentonig:

AdjectiveVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
- saai; vervelend
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
abgeschmackt eentonig; monotoon; saai; slaapverwekkend
blöd afstompend; eentonig; geestdodend; saai; stom; suf achterlijk; afgestompt; breinloos; dom; dwaas; eigenaardig; geesteloos; gek; geschift; gestoord; getikt; hersenloos; hoorndol; idioot; idioterig; kierewiet; knots; krankjorum; krankzinnig; maf; mal; mesjogge; niet goed snik; onbenullig; onnozel; onverstandig; stompzinnig; stupide; typisch; verstandeloos; vreemd; zot
doof afstompend; eentonig; geestdodend; saai; stom; suf aanmatigend; achterlijk; afgestompt; bot; breinloos; dom; dorps; geesteloos; hersenloos; idioot; lomp; onbehouwen; onbenullig; onbeschaafd; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; onnozel; onopgevoed; onverstandig; respectloos; stompzinnig; stupide; verstandeloos
dumm afstompend; eentonig; geestdodend; saai; stom; suf achtergebleven; achterlijk; afgestompt; bot; breinloos; dom; dwaas; eenvoudig; geesteloos; gemakkelijk; hersenloos; idioot; licht; lomp; makkelijk; minderbegaafd; niet moeilijk; oerdom; oliedom; onbehouwen; onbenullig; onbeschaafd; onbezonnen; onnozel; onopgevoed; onverstandig; overbluft; paf; perplex; redeloos; simpel; sprakeloos; stom; stompzinnig; stomverbaasd; stupide; verstandeloos; zonder verstand; zwijgend
dösig eentonig; monotoon; saai; slaapverwekkend daas; doezelig; dof; dommelig; geesteloos; lodderig; mat; slaperig; soezerig; soezig; suf; suffig; versuft
einförmig afgezaagd; eentonig; monotoon; saai; slaapverwekkend; suf; vervelend eender; eenvormig; exact hetzelfde; geheel gelijk; gelijk; hetzelfde; identiek; net zo; uniform
eintönig afgezaagd; eentonig; monotoon; saai; slaapverwekkend; suf; vervelend
fade afgezaagd; eentonig; monotoon; saai; slaapverwekkend; suf; vervelend flauw; langdradig; melig; saai; smakeloos; taai; zonder afleiding; zonder smaak; zouteloos
fahl afgezaagd; eentonig; monotoon; saai; slaapverwekkend; suf; vervelend bleek; flauw; flets; grauw; kleurloos; mistig; nevelachtig; onduidelijk; onhelder; pips; vaag; vaal; vagelijk; verschoten; wazig
geistlos afgezaagd; afstompend; eentonig; geestdodend; monotoon; saai; slaapverwekkend; stom; suf; vervelend achterlijk; afgestompt; breinloos; dom; dood; eenvoudig; geesteloos; gemakkelijk; hersenloos; idioot; inhoudsloos; langdradig; leeg; levenloos; licht; makkelijk; niet bezield; niet moeilijk; onbenullig; onbezield; onnozel; onverstandig; saai; simpel; stompzinnig; stupide; taai; verstandeloos; zonder afleiding
geisttötend afgezaagd; afstompend; eentonig; geestdodend; monotoon; saai; slaapverwekkend; stom; suf; vervelend achterlijk; afgestompt; breinloos; dom; geesteloos; hersenloos; idioot; langdradig; onbenullig; onnozel; onverstandig; saai; stompzinnig; stupide; taai; verstandeloos; zonder afleiding
langweilig afgezaagd; afstompend; eentonig; geestdodend; monotoon; saai; slaapverwekkend; stom; suf; vervelend afgezaagd; ellendig; langdraadig; langdradig; langwijlig; lastig; melig; rot; saai; taai; vervelend; zonder afleiding
schlafbringend afgezaagd; eentonig; monotoon; saai; slaapverwekkend; suf; vervelend
stumpfsinnig afstompend; eentonig; geestdodend; saai; stom; suf achterlijk; afgestompt; breinloos; daas; dof; dom; eenvoudig; geesteloos; gek; gemakkelijk; geschift; gestoord; hersenloos; idioot; idioterig; krankjorum; krankzinnig; licht; maf; makkelijk; mat; mesjogge; niet goed snik; niet moeilijk; onbenullig; onnozel; onverstandig; simpel; soezerig; stompzinnig; stupide; suf; verstandeloos; versuft; zot
öde afgezaagd; eentonig; monotoon; saai; slaapverwekkend; suf; vervelend afgezaagd; afgezonderd; armzalig; bitter teleurgesteld; desolaat; doods; dor; droog; eenzaam; ellendig; karig; langdraadig; langdradig; langwijlig; lastig; mager; melig; pover; rot; saai; schamel; schraal; taai; uitgestorven; verbitterd; verdord; vereenzaamd; verlaten; vervelend; zonder afleiding

Verwandte Wörter für "eentonig":

  • eentonigheid, eentoniger, eentonigere, eentonigst, eentonigste, eentonige

Synonyms for "eentonig":


Antonyme für "eentonig":


Verwandte Definitionen für "eentonig":

  1. zonder afwisseling1
    • dit liedje is erg eentonig1

Wiktionary Übersetzungen für eentonig:


Cross Translation:
FromToVia
eentonig eintönig; monoton; langweilig; trist; gleichförmig; dröge; abgestumpft; einförmig humdrum — lacking variety or excitement; dull; boring
eentonig monoton monotonous — having an unvarying tone or pitch
eentonig monoton; abwechslungslos; eintönig monotonous — tedious, repetitious or lacking in variety
eentonig eintönig; monoton monotone — Qui est toujours sur le même ton, qui n’est pas varier dans ses intonations ou dans ses inflexions.