Übersicht
Schwedisch nach Niederländisch:   mehr Daten
  1. väst:
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. vast:
  2. vasten:
  3. Wiktionary:


Schwedisch

Detailübersetzungen für väst (Schwedisch) ins Niederländisch


Wiktionary Übersetzungen für väst:


Cross Translation:
FromToVia
väst west Westohne Artikel: Kurzform für die Haupthimmelsrichtung Westen in der Navigation, Seefahrt
väst vest WesteKleidung: ein ärmelloses Kleidungsstück der Herrenoberbekleidung
väst vest waistcoat — a sleeveless, collarless garment
väst westen west — compass point
väst westen occident — géographie|fr Celui des quatre points cardinaux qui est du côté où le Soleil se couche.
väst westen; West ouest — point cardinal

Verwandte Übersetzungen für väst



Niederländisch

Detailübersetzungen für väst (Niederländisch) ins Schwedisch

vast:


Übersetzung Matrix für vast:

AdjectiveVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
- zeker
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
sannerlig beslist; feitelijk; geheid; gewis; heus; reëel; stellig; vast; vast en zeker; voorzeker; waarachtig; waarlijk; welzeker; zeker
sannerligt beslist; feitelijk; geheid; gewis; heus; reëel; stellig; vast; vast en zeker; voorzeker; waarachtig; waarlijk; welzeker; zeker

Verwandte Wörter für "vast":


Synonyms for "vast":


Antonyme für "vast":


Verwandte Definitionen für "vast":

  1. zonder te wachten1
    • ik ga vast1
  2. steeds hetzelfde1
    • in deze winkel hebben ze vaste prijzen1
  3. stevig1
    • de zieke mag nog geen vast voedsel1
  4. stevig met iets verbonden, niet beweegbaar1
    • het plakband zit erg vast1
  5. waar je niet aan twijfelt1
    • hij komt vast wel1

Wiktionary Übersetzungen für vast:


Cross Translation:
FromToVia
vast fast; fäst fast — firmly or securely fixed in place
vast fast solid — in the solid state
vast fast form; fast ämne solid — chemistry: fundamental state of matter
vast ofarlig; säker; trygg; pålitlig; tillförlitlig; given sûrdont on ne douter pas ; certain ; indubitable ; vrai.

vasten:

vasten [de ~ (m)] Nomen

  1. de vasten (onthouden)

vasten Verb (vast, vastte, vastten, gevast)

  1. vasten (abstineren)
    fast; avstå från mat

Konjugationen für vasten:

o.t.t.
  1. vast
  2. vast
  3. vast
  4. vastten
  5. vastten
  6. vastten
o.v.t.
  1. vastte
  2. vastte
  3. vastte
  4. vastten
  5. vastten
  6. vastten
v.t.t.
  1. heb gevast
  2. hebt gevast
  3. heeft gevast
  4. hebben gevast
  5. hebben gevast
  6. hebben gevast
v.v.t.
  1. had gevast
  2. had gevast
  3. had gevast
  4. hadden gevast
  5. hadden gevast
  6. hadden gevast
o.t.t.t.
  1. zal vasten
  2. zult vasten
  3. zal vasten
  4. zullen vasten
  5. zullen vasten
  6. zullen vasten
o.v.t.t.
  1. zou vasten
  2. zou vasten
  3. zou vasten
  4. zouden vasten
  5. zouden vasten
  6. zouden vasten
en verder
  1. ben gevast
  2. bent gevast
  3. is gevast
  4. zijn gevast
  5. zijn gevast
  6. zijn gevast
diversen
  1. vast!
  2. vast!
  3. gevast
  4. vastend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für vasten:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
avhållning onthouden; vasten
fort onthouden; vasten bastion; bolwerk; citadel; fort; kasteel; sterkte; stroomversnelling; versterkte legerplaats
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
avstå från mat abstineren; vasten
fast abstineren; vasten
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
fast degelijk; gelijkmatig; gestaag; hecht; solide; stevig
fort alras; rap; snel; vlot; vlug

Wiktionary Übersetzungen für vasten:

vasten
noun
  1. een tijd waarin men zich meest om religieuze redenen bepaalde zaken, veelal voedsel, ontzegt
verb
  1. zich onthouden van voedsel

Cross Translation:
FromToVia
vasten påskfastan; fastan Lent — period of penitence for Christians before Easter
vasten fasta fast — to abstain from or eat very little food
vasten fastetid fasting — period of time when one abstains from or eats very little food
vasten Påskfastan carême — christianisme‎|fr temps d’abstinence et de jeûne qui comprendre quarante-six jours entre le mardi gras et le jour de Pâques, et pendant lequel un certain nombre de jeûnes, d’abstinences et d’autres privations sont ordonnées par l’Église.

Verwandte Übersetzungen für väst