Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. vlek:
  2. vlekken:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für vlek (Niederländisch) ins Schwedisch

vlek:

vlek [de ~] Nomen

  1. de vlek (nop; spat; stip; )
    fläck
  2. de vlek (vuile plek)

Übersetzung Matrix für vlek:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
fläck moesje; nop; smet; spat; spatje; stip; stipje; stippel; vlek; vlekje beits; plekje
smutsfleck vlek; vuile plek

Verwandte Wörter für "vlek":


Verwandte Definitionen für "vlek":

  1. plek met een andere kleur dan de omgeving1
    • ze heeft allemaal vlekken op haar huid1
  2. vuile plek1
    • er zit een vlek in je jas1

Wiktionary Übersetzungen für vlek:


Cross Translation:
FromToVia
vlek fläck spot — stain
vlek fläck; prick spot — a round or irregular patch of a different color
vlek fläcka ner spot — stain; leave a spot
vlek fläck stain — discoloured spot or area

vlekken:

vlekken [de ~] Nomen, Plural

  1. de vlekken

vlekken Verb (vlek, vlekt, vlekte, vlekten, gevlekt)

  1. vlekken (smetten; afgeven; bevlekken)
    spilla; smutsa ner
    • spilla Verb (spiller, spillde, spillt)
    • smutsa ner Verb (smutsar ner, smutsade ner, smutsat ner)
  2. vlekken (morsen; knoeien; kladden)
    spilla; fläcka
    • spilla Verb (spiller, spillde, spillt)
    • fläcka Verb (fläckar, fläckade, fläckat)

Konjugationen für vlekken:

o.t.t.
  1. vlek
  2. vlekt
  3. vlekt
  4. vlekken
  5. vlekken
  6. vlekken
o.v.t.
  1. vlekte
  2. vlekte
  3. vlekte
  4. vlekten
  5. vlekten
  6. vlekten
v.t.t.
  1. heb gevlekt
  2. hebt gevlekt
  3. heeft gevlekt
  4. hebben gevlekt
  5. hebben gevlekt
  6. hebben gevlekt
v.v.t.
  1. had gevlekt
  2. had gevlekt
  3. had gevlekt
  4. hadden gevlekt
  5. hadden gevlekt
  6. hadden gevlekt
o.t.t.t.
  1. zal vlekken
  2. zult vlekken
  3. zal vlekken
  4. zullen vlekken
  5. zullen vlekken
  6. zullen vlekken
o.v.t.t.
  1. zou vlekken
  2. zou vlekken
  3. zou vlekken
  4. zouden vlekken
  5. zouden vlekken
  6. zouden vlekken
diversen
  1. vlek!
  2. vlekt!
  3. gevlekt
  4. vlekkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für vlekken:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
fläckar vlekken
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
fläcka kladden; knoeien; morsen; vlekken aantasten; beitsen; bevlekken; bezoedelen; dof maken; een smet werpen op; eer door het slijk halen; ontluisteren
smutsa ner afgeven; bevlekken; smetten; vlekken doorelkaar liggen; droppen; druipen; druppelen; druppels laten vallen; druppen
spilla afgeven; bevlekken; kladden; knoeien; morsen; smetten; vlekken vergieten

Verwandte Wörter für "vlekken":