Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. achterblijven:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für achterblijven (Niederländisch) ins Schwedisch

achterblijven:

achterblijven Verb (blijf achter, blijft achter, bleef achter, bleven achter, achtergebleven)

  1. achterblijven
    stanna efter
    • stanna efter Verb (stannar efter, stannade efter, stannat efter)

Konjugationen für achterblijven:

o.t.t.
  1. blijf achter
  2. blijft achter
  3. blijft achter
  4. blijven achter
  5. blijven achter
  6. blijven achter
o.v.t.
  1. bleef achter
  2. bleef achter
  3. bleef achter
  4. bleven achter
  5. bleven achter
  6. bleven achter
v.t.t.
  1. ben achtergebleven
  2. bent achtergebleven
  3. is achtergebleven
  4. zijn achtergebleven
  5. zijn achtergebleven
  6. zijn achtergebleven
v.v.t.
  1. was achtergebleven
  2. was achtergebleven
  3. was achtergebleven
  4. waren achtergebleven
  5. waren achtergebleven
  6. waren achtergebleven
o.t.t.t.
  1. zal achterblijven
  2. zult achterblijven
  3. zal achterblijven
  4. zullen achterblijven
  5. zullen achterblijven
  6. zullen achterblijven
o.v.t.t.
  1. zou achterblijven
  2. zou achterblijven
  3. zou achterblijven
  4. zouden achterblijven
  5. zouden achterblijven
  6. zouden achterblijven
diversen
  1. blijf achter!
  2. blijft achter!
  3. achtergebleven
  4. achterblijvende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für achterblijven:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
stanna efter achterblijven

Verwandte Definitionen für "achterblijven":

  1. anderen niet kunnen bijhouden1
    • deze leerling blijft achter bij de rest1
  2. blijven waar je bent, niet met de anderen meegaan1
    • ze gingen allemaal op vakantie en wij bleven achter1

Wiktionary Übersetzungen für achterblijven:


Cross Translation:
FromToVia
achterblijven bli kvar; kvarbliva; stanna kvar remain — to stay behind while others withdraw