Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. aanwending:


Niederländisch

Detailübersetzungen für aanwending (Niederländisch) ins Schwedisch

aanwending:

aanwending [de ~ (v)] Nomen

  1. de aanwending (toepassing; gebruik; inzet)
  2. de aanwending (toepassing; gebruik; aanwenden)
    användning
  3. de aanwending (hantering; gebruik; behandeling)
    användning; bruk; utövande

Übersetzung Matrix für aanwending:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
användning aanwenden; aanwending; behandeling; gebruik; hantering; inzet; toepassing consumptie; gebruik; in gebruik nemen; taalgebruik; verbruik
bruk aanwending; behandeling; gebruik; hantering taalgebruik
tillämpning aanwending; gebruik; inzet; toepassing toepassing
utövande aanwending; behandeling; gebruik; hantering