Niederländisch
Detailed Synonyms for weggappen in Niederländisch
weggappen: (*Wort und Satz getrennt)
- weg: weg; heen; vort; ksst; baan; straat; straatweg; afstand; traject; route; pad; ronde; etappe; tournee; baanvak; uit; vanaf deze plaats; ertussenuit; er op uit; verdwenen; foetsie; verloren; zoek; kwijt; vermist; absent
- gappen: afnemen; stelen; wegnemen; plunderen; ontnemen; kapen; vervreemden; toeëigenen; jatten; roven; ontvreemden; wegkapen; benemen; verdonkeren; wegpakken; verdonkeremanen; achteroverdrukken; wegpikken; leegstelen; afpakken; pikken; inpikken; ontfutselen; grissen; aftroggelen; gappen; bietsen; achterhouden; verduisteren; wegfutselen; snaaien; weggraaien