Übersicht
Niederländisch Synonyms:   mehr Daten
  1. vertreden:


Niederländisch

Detailed Synonyms for vertreden in Niederländisch

vertreden:

vertreden Verb (vertreed, vertreedt, vertreedde, vertreedden, vertreden)

  1. vertreden
    vertreden
    • vertreden Verb (vertreed, vertreedt, vertreedde, vertreedden, vertreden)

Konjugationen für vertreden:

o.t.t.
  1. vertreed
  2. vertreedt
  3. vertreedt
  4. vertreden
  5. vertreden
  6. vertreden
o.v.t.
  1. vertreedde
  2. vertreedde
  3. vertreedde
  4. vertreedden
  5. vertreedden
  6. vertreedden
v.t.t.
  1. heb vertreden
  2. hebt vertreden
  3. heeft vertreden
  4. hebben vertreden
  5. hebben vertreden
  6. hebben vertreden
v.v.t.
  1. had vertreden
  2. had vertreden
  3. had vertreden
  4. hadden vertreden
  5. hadden vertreden
  6. hadden vertreden
o.t.t.t.
  1. zal vertreden
  2. zult vertreden
  3. zal vertreden
  4. zullen vertreden
  5. zullen vertreden
  6. zullen vertreden
o.v.t.t.
  1. zou vertreden
  2. zou vertreden
  3. zou vertreden
  4. zouden vertreden
  5. zouden vertreden
  6. zouden vertreden
diversen
  1. vertreed!
  2. vertreedt!
  3. vertreden
  4. vertredend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Related Synonyms for vertreden