Übersicht
Niederländisch Synonyms:   mehr Daten
  1. verminkt:
  2. verminken:


Niederländisch

Detailed Synonyms for verminkt in Niederländisch

verminkt:

verminkt Adjektiv

  1. verminkt
    verminkte; verminkt

verminkt form of verminken:

verminken Verb (vermink, verminkt, verminkte, verminkten, verminkt)

  1. verminken
    verminken; misvormen; mismaken
    • verminken Verb (vermink, verminkt, verminkte, verminkten, verminkt)
    • misvormen Verb (misvorm, misvormt, misvormde, misvormden, misvormd)
    • mismaken Verb (mismaak, mismaakt, mismaakte, mismaakten, mismaakt)

Konjugationen für verminken:

o.t.t.
  1. vermink
  2. verminkt
  3. verminkt
  4. verminken
  5. verminken
  6. verminken
o.v.t.
  1. verminkte
  2. verminkte
  3. verminkte
  4. verminkten
  5. verminkten
  6. verminkten
v.t.t.
  1. heb verminkt
  2. hebt verminkt
  3. heeft verminkt
  4. hebben verminkt
  5. hebben verminkt
  6. hebben verminkt
v.v.t.
  1. had verminkt
  2. had verminkt
  3. had verminkt
  4. hadden verminkt
  5. hadden verminkt
  6. hadden verminkt
o.t.t.t.
  1. zal verminken
  2. zult verminken
  3. zal verminken
  4. zullen verminken
  5. zullen verminken
  6. zullen verminken
o.v.t.t.
  1. zou verminken
  2. zou verminken
  3. zou verminken
  4. zouden verminken
  5. zouden verminken
  6. zouden verminken
diversen
  1. vermink!
  2. verminkt!
  3. verminkt
  4. verminkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze