Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. warempel:


Niederländisch

Detailübersetzungen für warempel (Niederländisch) ins Französisch

warempel:


Übersetzung Matrix für warempel:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
effectivement echt; effectief; heus; metterdaad; reëel; waar; waarachtig; warempel; werkelijk 'tuurlijk; absoluut; allicht; beslist; bijgevolg; daadwerkelijk; dus; echt; heus; inderdaad; jawel; jazeker; logisch; metterdaad; natuurlijk; onontkomelijk; ronduit; stellig; uiteraard; vanzelfsprekend; voorwaar; waarlijk; werkelijk; zeker; zonder twijfel
en effet echt; effectief; heus; metterdaad; reëel; waar; waarachtig; warempel; werkelijk 'tuurlijk; allicht; bijgevolg; daadwerkelijk; dus; inderdaad; jawel; jazeker; logisch; metterdaad; namelijk; natuurlijk; onontkomelijk; uiteraard; vanzelfsprekend; voorwaar; zeker; zonder twijfel
en réalité echt; effectief; heus; metterdaad; reëel; waar; waarachtig; warempel; werkelijk daadwerkelijk; feitelijk; in de praktijk; in feite; in werkelijkheid; werkelijk
en vérité echt; effectief; heus; metterdaad; reëel; waar; waarachtig; warempel; werkelijk beslist; daadwerkelijk; echt; feitelijk; geheid; gewis; heus; in feite; in werkelijkheid; reëel; stellig; vast en zeker; voorwaar; voorzeker; waarachtig; waarlijk; wel degelijk; welzeker; werkelijk; zeker
réellement echt; effectief; heus; metterdaad; reëel; waar; waarachtig; warempel; werkelijk absoluut; beslist; daadwerkelijk; echt; eerlijk; feitelijk; fideel; geheid; gewis; heus; in feite; in werkelijkheid; openhartig; oprecht; reëel; rondborstig; ronduit; stellig; trouwhartig; vast en zeker; voorzeker; waar; waarachtig; waarlijk; wel degelijk; welzeker; werkelijk; zeker
vraiment echt; effectief; heus; metterdaad; reëel; waar; waarachtig; warempel; werkelijk beslist; echt; eerlijk; eigenlijk; feitelijk; fideel; geheid; gewis; heus; inderdaad; jawel; jazeker; ongetwijfeld; openhartig; oprecht; reëel; rondborstig; stellig; trouwhartig; vast; vast en zeker; voorwaar; voorzeker; waar; waarachtig; waarlijk; wel degelijk; welzeker; werkelijk; zeker