Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. vergieten:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für vergieten (Niederländisch) ins Französisch

vergieten:

vergieten Verb (vergiet, vergoot, vergoten, vergoten)

  1. vergieten
    répandre; verser; épandre; épancher; faire couler
    • répandre Verb (répands, répand, répandons, répandez, )
    • verser Verb (verse, verses, versons, versez, )
    • épandre Verb (épands, épand, épandons, épandez, )
    • épancher Verb

Konjugationen für vergieten:

o.t.t.
  1. vergiet
  2. vergiet
  3. vergiet
  4. vergieten
  5. vergieten
  6. vergieten
o.v.t.
  1. vergoot
  2. vergoot
  3. vergoot
  4. vergoten
  5. vergoten
  6. vergoten
v.t.t.
  1. heb vergoten
  2. hebt vergoten
  3. heeft vergoten
  4. hebben vergoten
  5. hebben vergoten
  6. hebben vergoten
v.v.t.
  1. had vergoten
  2. had vergoten
  3. had vergoten
  4. hadden vergoten
  5. hadden vergoten
  6. hadden vergoten
o.t.t.t.
  1. zal vergieten
  2. zult vergieten
  3. zal vergieten
  4. zullen vergieten
  5. zullen vergieten
  6. zullen vergieten
o.v.t.t.
  1. zou vergieten
  2. zou vergieten
  3. zou vergieten
  4. zouden vergieten
  5. zouden vergieten
  6. zouden vergieten
diversen
  1. vergiet!
  2. vergiet!
  3. vergoten
  4. vergietend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

vergieten [het ~] Nomen

  1. het vergieten (geschrei; tranen vergieten)
    le cris; le pleurs; le vagissement

Übersetzung Matrix für vergieten:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
cris geschrei; tranen vergieten; vergieten gegil; gekrijs; geroep; geschetter; geschreeuw; getrompetter; gillen; joelen; kreten; leuzen; parolen; roep; roepen; schreeuwen; slagzinnen; slogans
pleurs geschrei; tranen vergieten; vergieten gehuil; gejammer; gejank; geklaag; gelamenteer; geweeklaag; geween; tranen; waterlanders
vagissement geschrei; tranen vergieten; vergieten
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
faire couler vergieten doen zinken
répandre vergieten afleggen; alom bekend maken; bezwijken; doorgeven; doorslaan; doorspelen; doorvertellen; een boodschap uitdragen; het onderspit delven; klaar leggen; rondbrieven; ronddelen; rondgeven; rondreiken; rondstrooien; rondvertellen; spreiden; tenondergaan; uitdelen; uitdragen; uitreiken; uitspreiden; uitstrooien; uitwaaieren; uitzaaien; uitzenden; uitzwermen; verbreiden; verbreider; verdelen; verdeler; verhaal vertellen; verhalen; verklappen; verkondigen; verraden; verspreiden; verstrooien; vertellen; waaieren; zich verspreiden
verser vergieten bijstorten; binnen gieten; cadeau doen; cadeau geven; deponeren; distribueren; doneren; geld overmaken; geven; gieten; gieten op; iemand iets toedienen; ingeven; ledigen; leegdrinken; leeggieten; leegmaken; op rekening storten; opdrinken; opgieten; overboeken; overgieten; overschenken; overschrijven; overstorten; overzenden; ronddelen; schenken; storten; uitdrinken; uitgieten; uitkeren; uitreiken; uitschenken; uitstorten; verdelen; verstrekken
épancher vergieten
épandre vergieten bezaaien; inzaaien; rondstrooien; uitwaaieren; uitzaaien; uitzenden; uitzwermen; verbreiden; verbreider; verdeler; verspreiden; verstrooien; waaieren; zaaien; zich verspreiden

Wiktionary Übersetzungen für vergieten:

vergieten
noun
  1. action de répandre un liquide, de se répandre, parler d’un liquide, ou résultat de cette action.
verb
  1. Traductions à trier suivant le sens

Cross Translation:
FromToVia
vergieten verser shed — to pour; to make flow

Verwandte Übersetzungen für vergieten