Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. verzolen:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für verzolen (Niederländisch) ins Französisch

verzolen:

verzolen Verb (verzool, verzoolt, verzoolde, verzoolden, verzoold)

  1. verzolen
    ressemeler
    • ressemeler Verb (ressemelle, ressemelles, ressemelons, ressemelez, )

Konjugationen für verzolen:

o.t.t.
  1. verzool
  2. verzoolt
  3. verzoolt
  4. verzolen
  5. verzolen
  6. verzolen
o.v.t.
  1. verzoolde
  2. verzoolde
  3. verzoolde
  4. verzoolden
  5. verzoolden
  6. verzoolden
v.t.t.
  1. heb verzoold
  2. hebt verzoold
  3. heeft verzoold
  4. hebben verzoold
  5. hebben verzoold
  6. hebben verzoold
v.v.t.
  1. had verzoold
  2. had verzoold
  3. had verzoold
  4. hadden verzoold
  5. hadden verzoold
  6. hadden verzoold
o.t.t.t.
  1. zal verzolen
  2. zult verzolen
  3. zal verzolen
  4. zullen verzolen
  5. zullen verzolen
  6. zullen verzolen
o.v.t.t.
  1. zou verzolen
  2. zou verzolen
  3. zou verzolen
  4. zouden verzolen
  5. zouden verzolen
  6. zouden verzolen
diversen
  1. verzool!
  2. verzoolt!
  3. verzoold
  4. verzolend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für verzolen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
ressemeler verzolen

Wiktionary Übersetzungen für verzolen:

verzolen
verb
  1. de zool van een schoen vervangen
  2. het loopvlak van een autoband vervangen