Übersicht
Niederländisch nach Englisch:   mehr Daten
  1. verschijning:
  2. Wiktionary:
  3. User Contributed Translations for verschijning:
    • occurence


Niederländisch

Detailübersetzungen für verschijning (Niederländisch) ins Englisch

verschijning:

verschijning [de ~ (v)] Nomen

  1. de verschijning (uiterlijk; voorkomen; gedaante; )
    the appearance; the exterior; the looks; the look
  2. de verschijning (verschijningsvorm)
    the appearance
  3. de verschijning (iemand zijn uiterlijk; uiterlijk; voorkomen; )
    the appearance; the looks
  4. de verschijning (geestverschijning; geest; schim; spookverschijning; spook)
    the ghost; the apparition; the spectre; the phantom; the ghostly apparition; the spook; the specter
  5. de verschijning (gedaante; figuur; postuur)
    the figure; the shape

Übersetzung Matrix für verschijning:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
apparition geest; geestverschijning; schim; spook; spookverschijning; verschijning schrikbeeld
appearance aangezicht; aanzien; buitenkant; gedaante; gelaat; iemand zijn uiterlijk; type; uiterlijk; verschijning; verschijningsvorm; vertoon; voorkomen; vorm aanblik; aanzien; allure; blijkbaarheid; comparatie; exterieur; figuur; gedaante; klaarblijkelijkheid; postuur; uiterlijk; verschijnen
exterior aangezicht; aanzien; buitenkant; gedaante; gelaat; type; uiterlijk; verschijning; vertoon; voorkomen; vorm aanzien; buitenkant; buitenste; buitenzijde; exterieur
figure figuur; gedaante; postuur; verschijning cijfer; constitutie; debiel; figuur; flapdrol; gedaante; gek; gestalte; getal; idioot; imbeciel; lichaamsbouw; lichaamslijn; lichaamspostuur; mafkees; mafketel; mafkikker; personage; postuur; rangnummer; silhouet; uiterlijk; vorm; waanzinnige; zot
ghost geest; geestverschijning; schim; spook; spookverschijning; verschijning gedaante; hersenschim; schim; spookbeeld; spookgestalte; spooksite; spookverschijning; volgbeeld
ghostly apparition geest; geestverschijning; schim; spook; spookverschijning; verschijning
look aangezicht; aanzien; buitenkant; gedaante; gelaat; type; uiterlijk; verschijning; vertoon; voorkomen; vorm aanblik; aanzicht; blikken; expressie; gelaatsuitdrukking; gezichtsuitdrukking; kijkje; oogopslagen; uitdrukking
looks aangezicht; aanzien; buitenkant; gedaante; gelaat; iemand zijn uiterlijk; type; uiterlijk; verschijning; vertoon; voorkomen; vorm aanzien; exterieur
phantom geest; geestverschijning; schim; spook; spookverschijning; verschijning fantoom; hersenschim; spook; spookbeeld; spookgestalte; spookverschijning
shape figuur; gedaante; postuur; verschijning conditie; figuur; gedaante; gestalte; gietvorm; in vorm zijn; lichaamslijn; lichaamspostuur; mal; matrijs; modelvorm; postuur; shape; silhouet; vorm
specter geest; geestverschijning; schim; spook; spookverschijning; verschijning hersenschim; schrikbeeld; spookbeeld; spookgestalte; spookverschijning
spectre geest; geestverschijning; schim; spook; spookverschijning; verschijning hersenschim; schrikbeeld; spookbeeld; spookgestalte; spookverschijning
spook geest; geestverschijning; schim; spook; spookverschijning; verschijning
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
figure figureren; visualiseren
ghost dupliceren
look blikken; blikken werpen; er uitzien; eruit zien; kijken; lijken; ogen; schijnen; schouwen; toeschijnen; toeschouwen
shape boetseren; fatsoeneren; kneden; maken; modelleren; vervaardigen; vorm geven; vormen; vormgeven

Verwandte Wörter für "verschijning":

  • verschijningen

Wiktionary Übersetzungen für verschijning:

verschijning
noun
  1. het verschijnen
verschijning
noun
  1. spirit appearing after death
  2. manifestation or appearance of a divine or superhuman being
  3. face
  4. The act of appearing or coming into sight
  5. unexpected, wonderful, or preternatural appearance
  6. act of becoming visible
  7. thing appearing

Cross Translation:
FromToVia
verschijning air airmélange gazeux constituer l’atmosphère.
verschijning speed; pace; velocity; appearance; aspect; look; sight; view; countenance; guise; respect allurefaçon d’aller, de marcher.