Übersicht
Niederländisch nach Englisch:   mehr Daten
  1. kostbaar:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für kostbaar (Niederländisch) ins Englisch

kostbaar:

kostbaar Adjektiv

  1. kostbaar (hooggeprijsd; duur)
    expensive
  2. kostbaar (waardevol)
    valuable
  3. kostbaar (prijzig; duur)
    expensive; costly; pricy
  4. kostbaar (waardevol)
    – wat veel geld kan opbrengen 1
    precious
    – of high worth or cost 2
    • precious Adjektiv
      • diamonds, sapphires, rubies, and emeralds are precious stones2

Übersetzung Matrix für kostbaar:

AdjectiveVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
costly duur; kostbaar; prijzig
expensive duur; hooggeprijsd; kostbaar; prijzig
precious kostbaar; waardevol dierbaar; schattig
pricy duur; kostbaar; prijzig
valuable kostbaar; waardevol lonend; lucratief; produktief; profijtelijk; rendabel; verdienstelijk; voordelig; vruchtbaar; winstgevend
- duur; waardevol
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
precious bemind; dierbaar; geliefd; lief; toegenegen

Verwandte Wörter für "kostbaar":


Synonyms for "kostbaar":


Verwandte Definitionen für "kostbaar":

  1. wat veel geld kan opbrengen1
    • hij heeft een kostbaar horloge1
  2. wat veel voor je betekent1
    • een kind is een kostbaar bezit1

Wiktionary Übersetzungen für kostbaar:

kostbaar
adjective
  1. duur, waardevol
kostbaar
adjective
  1. high in price; expensive
  2. loved; lovable
adverb
  1. of high value or worth

Cross Translation:
FromToVia
kostbaar dear; expensive; costly; pricey; lovely; valuable; beloved; cherished; steep; precious cher — Qui est chéri, tendrement aimer, auquel on tenir beaucoup.
kostbaar costly; expensive coûteux — Qui coûte cher.
kostbaar rare; in short supply; scanty; scarce; few; poor; thin; sparse; precious; uncommon rare — Qui est en petit nombre, qui se trouve difficilement.