Übersicht
Niederländisch nach Englisch:   mehr Daten
  1. bits:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für bits (Niederländisch) ins Englisch

bits:

bits Adjektiv

  1. bits (kattig; pinnig; spinnig)
    querulous; catty
  2. bits (pinnig; kattig; onvriendelijk; )
    snappy; brusque; snappish; acrid; curt

Übersetzung Matrix für bits:

AdjectiveVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
acrid bits; kattig; onvriendelijk; pinnig; snauwerig; snibbig; spinnig; vinnig
brusque bits; kattig; onvriendelijk; pinnig; snauwerig; snibbig; spinnig; vinnig abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; opeens; plots; plotseling; plotsklaps
catty bits; kattig; pinnig; spinnig kregelig; kribbig
curt bits; kattig; onvriendelijk; pinnig; snauwerig; snibbig; spinnig; vinnig bruusk; kortaf; nors; onzacht
querulous bits; kattig; pinnig; spinnig kregelig; kribbig
snappish bits; kattig; onvriendelijk; pinnig; snauwerig; snibbig; spinnig; vinnig hanig
snappy bits; kattig; onvriendelijk; pinnig; snauwerig; snibbig; spinnig; vinnig fel; flitsend; hanig; hip; kortaf; korzelig; pinnig; scherp; snauwend; snel; snibbig; trendy; vinnig; vlijmend; vlot; wrevelig

Verwandte Wörter für "bits":


Wiktionary Übersetzungen für bits:

bits
Cross Translation:
FromToVia
bits piercing; shrill; sharp; sharp-toned; waspish; acute perçant — Qui percer, qui pénétrer.