Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Englisch ->Suche: afschuren

Niederländische und englische Suchergebnisse für: afschuren

Übersicht
Niederländisch nach Englisch:   mehr Daten
  1. afschuren:
  2. Wiktionary:

Niederländisch

Detailübersetzungen für afschuren (Niederländisch) ins Englisch

afschuren:

afschuren Verb (schuur af, schuurt af, schuurde af, schuurden af, afgeschuurd)

  1. afschuren
    rub down

Konjugationen für afschuren:

o.t.t.
  1. schuur af
  2. schuurt af
  3. schuurt af
  4. scvhuren af
  5. schuren af
  6. schuren af
o.v.t.
  1. schuurde af
  2. schuurde af
  3. schuurde af
  4. schuurden af
  5. schuurden af
  6. schuurden af
v.t.t.
  1. heb afgeschuurd
  2. hebt afgeschuurd
  3. heeft afgeschuurd
  4. hebben afgeschuurd
  5. hebben afgeschuurd
  6. hebben afgeschuurd
v.v.t.
  1. had afgeschuurd
  2. had afgeschuurd
  3. had afgeschuurd
  4. hadden afgeschuurd
  5. hadden afgeschuurd
  6. hadden afgeschuurd
o.t.t.t.
  1. zal afschuren
  2. zult afschuren
  3. zal afschuren
  4. zullen afschuren
  5. zullen afschuren
  6. zullen afschuren
o.v.t.t.
  1. zou afschuren
  2. zou afschuren
  3. zou afschuren
  4. zouden afschuren
  5. zouden afschuren
  6. zouden afschuren
diversen
  1. schuur af!
  2. schuurt af!
  5. afgeschuurd
  6. afschurende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für afschuren:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
rub down afschuren

Wiktionary Übersetzungen für afschuren:

afschuren
verb
  1. door schuren gladmaken







Kostenfreie, schnelle Übersetzungen

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Seite gezeigt in 0.0232 Sekunden
Seite aufgebaut in 1.0 Sekunden