Übersicht
Deutsch nach Niederländisch:   mehr Daten
  1. licht anstecken:


Deutsch

Detailübersetzungen für licht anstecken (Deutsch) ins Niederländisch

licht anstecken:

licht anstecken Verb

  1. licht anstecken (anmachen; zünden; entzünden; )
    ontsteken; licht aansteken; aanmaken
    • ontsteken Verb (ontsteek, ontsteekt, ontstak, ontstaken, ontstoken)
    • aanmaken Verb (maak aan, maakt aan, maakte aan, maakten aan, aangemaakt)

Übersetzung Matrix für licht anstecken:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
aanmaken Anfertigen; Anfertigung; Erzeugung; Herstellen; Verfertigung; Vorbereitung; Zubereitung
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
aanmaken anmachen; anstechen; anzünden; entzünden; feuern; inBrandstecken; licht anstecken; zünden anschalten; anzünden; einschalten
licht aansteken anmachen; anstechen; anzünden; entzünden; feuern; inBrandstecken; licht anstecken; zünden
ontsteken anmachen; anstechen; anzünden; entzünden; feuern; inBrandstecken; licht anstecken; zünden entbrennen; entflammen; sich entflammen; sich entzünden

Verwandte Übersetzungen für licht anstecken