Übersicht
Deutsch nach Niederländisch: mehr Daten
-
zu seiner Verfügung haben:
-
Wiktionary:
zu seiner Verfügung haben → stemmen, beschikken over, disponeren, aanrichten, arrangeren, ordenen, regelen
-
Wiktionary:
Deutsch
Detailübersetzungen für zu seiner Verfügung haben (Deutsch) ins Niederländisch
zu seiner Verfügung haben: (*Wort und Satz getrennt)
- zu: in; te; naar; toe; naar toe; tot; totdat; tot bij; ergens naartoe; bij de; à; waartoe
- Verfügung: regel; regeling; wet; voorschrift; reglement; besluiten; besluit; raadsbesluit; vergelijk; compromis; orde; discipline; dwang; gehoorzaamheid; decreet; tucht; onderwerping; afkondiging; uitvaardiging
- haben: hebben; bezitten; beschikken over; in eigendom hebben
Wiktionary Übersetzungen für zu seiner Verfügung haben:
Cross Translation:
| From | To | Via |
|---|---|---|
| • zu seiner Verfügung haben | → stemmen; beschikken over; disponeren; aanrichten; arrangeren; ordenen; regelen | ↔ disposer — arranger, mettre dans l’ordre le plus convenable. |