Deutsch
Detailübersetzungen für Schlappohr (Deutsch) ins Niederländisch
Schlappohr: (*Wort und Satz getrennt)
- schlapp: zwak; slap; wee; wankel; ziekelijk; gammel; krakkemikkig; pips; slapjes; bleekjes; lusteloos; futloos; lamlendig; flauw; log; loom; smakeloos; lijzig; zonder smaak; mat; onhandig; mager; dof; schraal; karig; flets; pover; armzalig; schamel; stuntelig; onbeholpen; energieloos; slungelig; krachteloos; sukkelig; niet helder; landerig; kwabbig; schutterig; stumperig; krukkig; lillend
- Ohr: oor; oor van een kopje; gehoororgaan
- Öhr: oog; oog van de naald
Wiktionary Übersetzungen für Schlappohr:
Cross Translation:
| From | To | Via |
|---|---|---|
| • Schlappohr | → konijn | ↔ bunny — young rabbit |
| • Schlappohr | → konijn | ↔ rabbit — mammal |