Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. oplegsel:


Niederländisch

Detailübersetzungen für oplegsel (Niederländisch) ins Französisch

oplegsel:

oplegsel [znw.] Nomen

  1. oplegsel (boordsel; omzoming; passement; galon)
    le bord; l'application; la marge; la lisière; le galon

Übersetzung Matrix für oplegsel:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
application boordsel; galon; omzoming; oplegsel; passement aandrang; aanleggen; aanwenden; aanwending; ambitie; applicatie; arbeidzaamheid; behandeling; devotie; doel; doeleinde; drang; eerzucht; gebruik; genegenheid; hantering; ijver; ijverigheid; industrie; inzet; naarstigheid; nijverheid; noestigheid; overgave; programma; streven; tak van nijverheid; toegewijdheid; toepassing; toewijding; trouw; vlijt; vlijtigheid; werklust; werkzaamheid; zakelijke toepassing; zorgzaamheid
bord boordsel; galon; omzoming; oplegsel; passement einder; flank; gezichtseinder; horizon; kant; kim; rand; richel; rivierkant; rivieroever; zijde; zijde van een schip; zijkant
galon boordsel; galon; omzoming; oplegsel; passement bies; elektriciteitsdraad; galon; omzoming; snoer; snoertje; strook; tres
lisière boordsel; galon; omzoming; oplegsel; passement halsband; lei; leiband; lijn; rand; riem; teugel; zoom
marge boordsel; galon; omzoming; oplegsel; passement afdrukmarge; buffer; duur; grens; grenswaarde; kantlijn; lengte; limiet; marge; omtrek; speelruimte; speling; tijdsduur; tijdspanne; variantie; vorm; winstmarge
Not SpecifiedVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
marge marge; paginamarge