Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. ongeschonden:


Niederländisch

Detailübersetzungen für ongeschonden (Niederländisch) ins Französisch

ongeschonden:

ongeschonden Adjektiv

  1. ongeschonden (heelhuids; ongedeerd; ongekwetst)
    indemne; sain et sauf; intact; entier; inaltéré

Übersetzung Matrix für ongeschonden:

Not SpecifiedVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
entier geheel getal
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
entier heelhuids; ongedeerd; ongekwetst; ongeschonden algeheel; allemaal; alles; beslist; breukvrij; compleet; feitelijk; gaaf; geheid; gehele; gewis; heel; hele; helemaal; heus; intact; kompleet; onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; ongebruikt; ongeopend; onverzwakt; reëel; stellig; totaal; vast; vast en zeker; volkomen; volledig; volslagen; voorzeker; waarachtig; waarlijk; welzeker; zeker
inaltéré heelhuids; ongedeerd; ongekwetst; ongeschonden gaaf; heel; intact; koel; koud; maagdelijk; onaangebroken; onaangedaan; onaangeraakt; onaangeroerd; onaangetast; onberoerd; onbewogen; ongebruikt; ongeopend; ongerept; onverzwakt; puur; virginaal; zuiver
indemne heelhuids; ongedeerd; ongekwetst; ongeschonden breukvrij; schadeloos
intact heelhuids; ongedeerd; ongekwetst; ongeschonden gaaf; heel; intact; koel; koud; kuis; maagdelijk; onaangebroken; onaangedaan; onaangeraakt; onaangeroerd; onaangetast; onbedorven; onberoerd; onbeschadigd; onbevlekt; onbewogen; ongebruikt; ongeopend; ongerept; onschuldig; onverkort; onverzwakt; puur; rein; schadeloos; virginaal; vlekkeloos; zuiver
sain et sauf heelhuids; ongedeerd; ongekwetst; ongeschonden