Übersicht
Niederländisch nach Englisch:   mehr Daten
  1. levenslustig:


Niederländisch

Detailübersetzungen für levenslustig (Niederländisch) ins Englisch

levenslustig:

levenslustig Adjektiv

  1. levenslustig (monter; vrolijk; levendig; )
    sprightly; bustling; happy; lively; cheerful; gay; full of joy; buoyant; brisk; jolly; high-spirited; merry; upbeat

Übersetzung Matrix für levenslustig:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
gay flikker; homo; mietje; nicht; poot
lively pittigheid
AdjectiveVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
brisk blij; blijmoedig; dartel; levendig; levenslustig; monter; opgetogen; opgewekt; tierig; vrolijk alert; beslist; doortastend; ferm; kordaat; krachtdadig; krachtig; oplettend; rap; snel; uitgeslapen; vlot; vlug; wakker
buoyant blij; blijmoedig; dartel; levendig; levenslustig; monter; opgetogen; opgewekt; tierig; vrolijk blij; blijgeestig; blijmoedig; dartel; fideel; fleurig; geestig; jolig; kleurig; kwiek; levendig; lustig; monter; opgeruimd; opgetogen; opgewekt; uitgelaten; vrolijk; wakker; welgemoed; zonnig
bustling blij; blijmoedig; dartel; levendig; levenslustig; monter; opgetogen; opgewekt; tierig; vrolijk goed geluimd; welgestemd
cheerful blij; blijmoedig; dartel; levendig; levenslustig; monter; opgetogen; opgewekt; tierig; vrolijk blij; blijgeestig; blijmoedig; bloeiend; dartel; fideel; fleurig; geestig; goed geluimd; goedgehumeurd; goedgeluimd; jolig; kleurig; kleurrijk; kwiek; levendig; lustig; monter; opgeruimd; opgetogen; opgewekt; uitgelaten; vreugdevol; vrolijk; wakker; welgemoed; welgestemd; zonnig
gay blij; blijmoedig; dartel; levendig; levenslustig; monter; opgetogen; opgewekt; tierig; vrolijk blij; blijgeestig; blijgestemd; blijmoedig; dartel; fideel; fleurig; frivool; geestig; goed geluimd; homo; homofiel; homoseksueel; hups; jolig; kleurig; kwiek; levendig; lichtzinnig; losbandig; lustig; monter; opgeruimd; opgetogen; opgewekt; uitgelaten; vreugdevol; vrolijk; wakker; welgemoed; welgestemd; wuft; zonnig
happy blij; blijmoedig; dartel; levendig; levenslustig; monter; opgetogen; opgewekt; tierig; vrolijk blij; blijgeestig; blijgestemd; blijmoedig; dartel; fideel; fleurig; geestig; goed geluimd; heugelijk; heuglijk; jolig; kleurig; kwiek; levendig; lustig; monter; opgeruimd; opgetogen; opgewekt; uitgelaten; verblijd; verblijdend; verheugd; vrolijk; wakker; welgemoed; welgestemd; zonnig
high-spirited blij; blijmoedig; dartel; levendig; levenslustig; monter; opgetogen; opgewekt; tierig; vrolijk
lively blij; blijmoedig; dartel; levendig; levenslustig; monter; opgetogen; opgewekt; tierig; vrolijk actief; beweeglijk; daadkrachtig; dynamisch; energiek; geanimeerd; levendig; spiritueus; vief; vol fut
merry blij; blijmoedig; dartel; levendig; levenslustig; monter; opgetogen; opgewekt; tierig; vrolijk blij; blijgeestig; blijgestemd; blijmoedig; dartel; fideel; fleurig; geestig; goed geluimd; jolig; kleurig; kwiek; levendig; lustig; monter; opgeruimd; opgetogen; opgewekt; uitgelaten; vrolijk; wakker; welgemoed; welgestemd; zonnig
sprightly blij; blijmoedig; dartel; levendig; levenslustig; monter; opgetogen; opgewekt; tierig; vrolijk flitsend; hip; modieus; snel; trendy; vlot
upbeat blij; blijmoedig; dartel; levendig; levenslustig; monter; opgetogen; opgewekt; tierig; vrolijk
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
full of joy blij; blijmoedig; dartel; levendig; levenslustig; monter; opgetogen; opgewekt; tierig; vrolijk goed geluimd; vreugdevol; welgestemd
jolly blij; blijmoedig; dartel; levendig; levenslustig; monter; opgetogen; opgewekt; tierig; vrolijk blij; blijgeestig; blijmoedig; dartel; fideel; fleurig; geestig; goed geluimd; jolig; kleurig; kwiek; levendig; lustig; monter; opgeruimd; opgetogen; opgewekt; uitgelaten; vrolijk; wakker; welgemoed; welgestemd; zonnig

Verwandte Wörter für "levenslustig":

  • levenslustiger, levenslustigere, levenslustige