Übersicht
Niederländisch nach Englisch:   mehr Daten
  1. gebeuren:
  2. Wiktionary:
  3. User Contributed Translations for gebeuren:
    • occure


Niederländisch

Detailübersetzungen für gebeuren (Niederländisch) ins Englisch

gebeuren:

gebeuren Verb

  1. gebeuren (plaats vinden; geschieden; plaats hebben)
    to happen; to occur; to take place; to arise
    • happen Verb (happens, happened, happening)
    • occur Verb (occurs, occured, occuring)
    • take place Verb (takes place, took place, taking place)
    • arise Verb (arises, arised, arising)
  2. gebeuren (voorvallen; voordoen; plaatsvinden; plaats hebben; passeren)
    to occur
    • occur Verb (occurs, occured, occuring)
  3. gebeuren (zich voordoen; voorkomen; plaats hebben)
    to occur; to take place; to happen; to pass
    • occur Verb (occurs, occured, occuring)
    • take place Verb (takes place, took place, taking place)
    • happen Verb (happens, happened, happening)
    • pass Verb (passes, passed, passing)

Übersetzung Matrix für gebeuren:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
pass bergpas; entreebiljet; kaart; kaartje; pas; pasje; paspoort; plaatsbewijs; ticket; toegangsbewijs
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
arise gebeuren; geschieden; plaats hebben; plaats vinden aangroeien; aanwassen; aanwinnen; aanzwellen; de hoogte ingaan; gaan staan; gedijen; groeien; groter worden; omhooggaan; omhoogrijzen; ontspinnen; opdagen; opduiken; opkomen; oprijzen; opstaan; opzetten; rijzen; stijgen; toenemen; vermeerderen; verschijnen
happen gebeuren; geschieden; plaats hebben; plaats vinden; voorkomen; zich voordoen toegaan
occur gebeuren; geschieden; passeren; plaats hebben; plaats vinden; plaatsvinden; voordoen; voorkomen; voorvallen; zich voordoen ontspinnen; opdagen; opduiken; opkomen; verschijnen
pass gebeuren; plaats hebben; voorkomen; zich voordoen aanbieden; aangeven; aankomen; aanreiken; afgeven; aflopen; besteden; bezoeken; doorbrengen; gaan; geven; iemand opzoeken; inhalen; langsgaan; langskomen; op visite gaan; overgeven; overhandigen; passeren; reiken; slagen voor; slijten; toesteken; vergaan; verlopen; verstrijken; vervallen; voorbijgaan; voorbijkomen; voorbijrijden; zich begeven
take place gebeuren; geschieden; plaats hebben; plaats vinden; voorkomen; zich voordoen
- plaatsvinden

Synonyms for "gebeuren":


Verwandte Definitionen für "gebeuren":

  1. wat zich afspeelt1
    • er is een ongeluk gebeurd1

Wiktionary Übersetzungen für gebeuren:

gebeuren
verb
  1. plaatshebben, werkelijkheid worden
gebeuren
verb
  1. present itself
  2. to occur
  3. happen
  4. to happen
noun
  1. minor event incidental to others
  2. event or occurrence
  3. incident or action connected with a series of events

Cross Translation:
FromToVia
gebeuren happen; occur geschehen — (intransitiv) sich ereignen; zutragen
gebeuren happen passierenHilfsverb sein: geschehen, stattfinden