Niederländisch

Detailübersetzungen für slagen voor (Niederländisch) ins Deutsch

slagen voor:

slagen voor Verb

  1. slagen voor
    gelingen; bestehen; schicken; geraten; ankommen; durchsetzen; schmeißen; hinkommen; glücken; zurechtkommen; fertigbringen
    • gelingen Verb
    • bestehen Verb (bestehe, bestehst, besteht, bestand, bestandet, bestanden)
    • schicken Verb (schicke, schickst, schickt, schickte, schicktet, geschickt)
    • geraten Verb (gerate, gerätst, gerät, geriet, gerietet, geraten)
    • ankommen Verb (komme an, kommst an, kommt an, kam an, kamet an, angekommen)
    • durchsetzen Verb (durchsetze, durchsetzt, durchsetzte, durchsetztet, durchgesetzt)
    • schmeißen Verb (schmeiße, schmeißest, schmeißt, schmißt, schmissen, geschmissen)
    • hinkommen Verb (komme hin, kommst hin, kommt hin, kam hin, kamt hin, hingekommen)
    • glücken Verb (glücke, glückst, glückt, glückte, glücktet, geglückt)
    • zurechtkommen Verb (komme zurecht, kommst zurecht, kommt zurecht, kam zurecht, kamet zurecht, zurechtgekommen)
    • fertigbringen Verb (bringe fertig, bringst fertig, bringt fertig, brachte fertig, brachtet fertig, fertiggebracht)

Übersetzung Matrix für slagen voor:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
ankommen slagen voor aankomen; arriveren; naar buiten hangen; uithangen
bestehen slagen voor doorleven; doorstaan; verdragen; verduren; verteren
durchsetzen slagen voor aandringen; aanhouden; bedingen; bewerkstelligen; doordouwen; doordrijven; doorduwen; doorzetten; fixen; klaarspelen; lappen; op iets aandringen; opdringen; voor elkaar krijgen
fertigbringen slagen voor afmaken; afsluiten; bedingen; bewerkstelligen; beëindigen; completeren; een einde maken aan; eindigen; fabriceren; fiksen; fixen; flikken; iemand iets flikken; klaarspelen; lappen; leveren; maken; ophouden; perfectioneren; produceren; rooien; stoppen; vervaardigen; vervolledigen; vervolmaken; volledig maken; voltooien; voor elkaar krijgen; voortbrengen
gelingen slagen voor
geraten slagen voor belanden; geraken; terecht komen; terechtkomen; verzeilen
glücken slagen voor boffen; het treffen; mazzel hebben
hinkommen slagen voor aankomen; arriveren; correct zijn; juist zijn; kloppen; landen; neerkomen; op de grond komen; overeenstemmen; raken; terechtkomen; treffen
schicken slagen voor betamen; gebruikelijk zijn; geluid waarnemen; horen; opsturen; passen; posten; sturen; toezenden; verwijzen; verzenden; wegsturen; wegzenden
schmeißen slagen voor afzetten; donderen; droppen; ergens loslaten; keilen; kwakken; lazeren; naar beneden werpen; neerkwakken; neerwerpen; omlaag werpen; onweren; smakken; smijten; sodemieteren
zurechtkommen slagen voor landen; neerkomen; op de grond komen; op zijn pootjes terechtkomen; terechtkomen

Wiktionary Übersetzungen für slagen voor:


Cross Translation:
FromToVia
slagen voor Erfolg haben; gelingen; bestehen abouterjoindre (deux choses) bout à bout.
slagen voor Erfolg haben; gelingen; bestehen; geschehen; passieren; sich ereignen; stattfinden; vorkommen; hingeraten; ankommen; eintreffen; gelangen; zukommen; herzukommen arriverparvenir à destination. — note Sans complément, on sous-entend que la destination est le lieu où se tient le locuteur.
slagen voor gelangen; anlangen; erreichen; ankommen parvenir — Arriver à un point donné à la suite d’un déplacement. (Sens général)
slagen voor Erfolg haben; gelingen; bestehen réussir — Avoir une bonne ou une mauvaise issue.

Verwandte Übersetzungen für slagen voor