Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. bokkig zijn:


Niederländisch

Detailübersetzungen für bokkig zijn (Niederländisch) ins Deutsch

bokkig zijn:

bokkig zijn Verb (ben bokkig, bent bokkig, is bokkig, was bokkig, waren bokkig, bokkig geweest)

  1. bokkig zijn (steigeren; bokken)
    bocken; sich aufbäumen; bockig sein

Konjugationen für bokkig zijn:

o.t.t.
  1. ben bokkig
  2. bent bokkig
  3. is bokkig
  4. zijn bokkig
  5. zijn bokkig
  6. zijn bokkig
o.v.t.
  1. was bokkig
  2. was bokkig
  3. was bokkig
  4. waren bokkig
  5. waren bokkig
  6. waren bokkig
v.t.t.
  1. ben bokkig geweest
  2. bent bokkig geweest
  3. is bokkig geweest
  4. zijn bokkig geweest
  5. zijn bokkig geweest
  6. zijn bokkig geweest
v.v.t.
  1. was bokkig geweest
  2. was bokkig geweest
  3. was bokkig geweest
  4. waren bokkig geweest
  5. waren bokkig geweest
  6. waren bokkig geweest
o.t.t.t.
  1. zal bokkig zijn
  2. zult bokkig zijn
  3. zal bokkig zijn
  4. zullen bokkig zijn
  5. zullen bokkig zijn
  6. zullen bokkig zijn
o.v.t.t.
  1. zou bokkig zijn
  2. zou bokkig zijn
  3. zou bokkig zijn
  4. zouden bokkig zijn
  5. zouden bokkig zijn
  6. zouden bokkig zijn
diversen
  1. ben bokkig!
  2. bokkig geweest
  3. bokkig zijnd
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für bokkig zijn:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
bocken bokken; bokkig zijn; steigeren
bockig sein bokken; bokkig zijn; steigeren
sich aufbäumen bokken; bokkig zijn; steigeren

Verwandte Übersetzungen für bokkig zijn